Erik Schumacher (1983) groeide op in een autoloos gezin met de verwarming steevast op achttien graden, schrijft hij in zijn boekje De koe knikte ja – Pleidooi voor veganisme. Ontzag voor de natuur werd hem met de paplepel ingegoten, maar toch stond er bij hem thuis driemaal daags vlees op tafel en zag hij zichzelf lang als ‘een echte vleeseter’. Als student ging hij steeds diervriendelijker eten, wat hem twee jaar geleden via wat omwegen bij het veganisme bracht. Zijn pamflet van 91 pagina’s verscheen bij uitgeverij Querido en leest lekker weg. Hij vertelt in dit interview onder meer wat zijn oma ervan vindt dat hij veganist is, dat zijn kat vreemdgaat en wat zijn favoriete dierenfilmpje op internet is.
Hallo Erik! Sinds wanneer bekommer jij je om het welzijn van dieren?
‘Eigenlijk altijd al, al bleek dat niet uit mijn acties. Ik trok zelf geen insecten uit elkaar, maar had wel vriendjes die dat deden, waarbij ik belangstellend toekeek. En ik at veel vlees. Anderzijds was ik als kind ook gek van eendjes, dat zijn nog steeds mijn lievelingsdieren. Dat diepe blauw in de veren van mannetjeseenden vind ik mooi en de voeten en snavels van eenden zien er echt lief uit. Ik denk dat voor veel kinderen geldt dat ze een vanzelfsprekende dierenliefde hebben. In tekenfilms en kinderboeken zitten ook allemaal dieren. Tegelijkertijd krijg je als kind gewoontes aangeleerd die daar enorm mee in tegenspraak zijn.’
Via flexitariër en vegetariër werd je veganist. Sinds wanneer precies?
‘Sinds twee jaar. Ik was in Berlijn en zag hoe makkelijk het daar is om veganist te zijn. Ik ben veganist uit morele overtuiging, maar dat is slechts één kant van het verhaal. De andere is de praktische kant. Veganist worden wilde ik al langer, omdat het in overeenstemming is met wat ik vind en voel, maar ik hikte er enorm tegenaan. Ik dacht dat ik veel onderzoek zou moeten doen, ingewikkelde vleesvervangers zou moeten kopen en ook heel goed moest leren koken. En ik kan helemaal niet koken! In Berlijn kon ik overal vegan eten, dus ben ik daar begonnen. Ook in Amsterdam wordt steeds makkelijker, al is het op andere plekken in Nederland nog niet altijd even praktisch. Ik denk dat veel mensen wel veganist willen zijn, maar dat ze nog moet inzien dat het niet zo’n enorme berg is om tegenop te zien. Het is ook gewoon leuk en haalbaar.’
Wat is je favoriete veganistisch gerecht om te maken?
‘Ik maak vaak een pokébowl. Ik ben niet echt een topchef en dit is makkelijk en goedkoop. Je gooit gewoon wat dingen bij elkaar en kunt zo makkelijk gezond eten. Ik heb een recept met rode kool, wortel, mango, mais, sojaboontjes en koriander. Oesterzwammen passer er ook goed bij. Het is simpel maar ook hartstikke lekker en het ziet er hip uit.’
Wanneer voelde je je voor het laatst een vervelende veganist?
‘Ik was laatst bij mijn oma en die denkt volgens mij dat ik gek ben. Ze kan zich niet voorstellen wat ik dan wel eet. Ze denkt volgens mij echt dat ik alleen maar op wortels zit te kauwen de hele dag. In alles wat zij eet zitten dierlijke producten verwerkt en alles wat zij mij ooit aanbood als ik daar was, dat eet ik nu niet meer. Dat vind ik ook wel moeilijk. Ik at bijvoorbeeld altijd veel krentenbollen bij haar, en gebak of koekjes. Die moet ik nu allemaal afslaan en zij begrijpt dat niet helemaal, ze denkt dat ik op dieet ben. Het komt bij haar totaal niet aan en ik heb ook niet het idee dat ik de vertaalslag kan maken. Ik vind dat wel jammer, maar het is ook weer geen ramp.’
Maakt iemand weleens een vervelende opmerking over je veganisme?
‘Heel zelden. Ik was eens met een groep mensen in een café in Amsterdam. Bij het bestellen vroeg ik aan de eigenaar of hij iets kon aanpassen aan een gerecht, zodat ik het ook kon eten. Hij reageerde echt vijandig. Iedere keer als hij langskwam maakte hij tegen het gezelschap waarmee ik was grappen over mij. Maar normaal gaat het prima, dit was echt een uitzondering. Ik zeg niet welk café het was, want ik heb gehoord dat hij zijn leven gebeterd heeft en niet meer stom doet over sojamelk in de koffie. Hij serveert nu zelfs veganistische hapjes.’
Waar in Amsterdam ga je graag iets eten?
‘Ik ben fan van de appeltaart bij De Vegabond, met een grote toef slagroom. Je kunt er ook goed lunchen.’
Wat was je meest emotionele moment met een dier?
‘Toen de katten van mijn toenmalige vriendin doodgingen. Ik was 18 en kwam vaak bij haar thuis. Witje en Sam heetten haar katten en ze moesten kort na elkaar ingeslapen worden. De rouw die je kunt hebben van een dier dat doodgaat is echt heftig. Door mensen die nooit zo’n sterke band met een dier hebben gehad, wordt daar weleens nonchalant over gedaan. Het is bijvoorbeeld niet geaccepteerd dat je een dag vrij neemt omdat je hond dood is, terwijl mensen daar een enorm verdriet van hebben. Daar zou meer ruimte voor mogen zijn. Sowieso vind ik dat gevoelens voor dieren te vaak worden geridiculiseerd. Dat vind ik jammer en onterecht.’
Heb je huisdieren?
‘Ik heb nu twee katten, Wollie en Leon. Over Wollie schrijf ik in mijn boek, maar omdat het ook een beetje fictief is heb ik Wollie in het boek W. genoemd. Ik kwam er laatst achter dat Leon vreemdgaat. Een buurvrouw kwam aan mijn deur en vertelde dat hij daar al drie jaar over de vloer komt en op de bank slaapt. Maar ja, zo gaan die dingen. Die kat mag zelf weten waar hij zijn tijd wil doorbrengen en heeft kennelijk liefde voor een ander ontwikkeld. Maar ik droomde vannacht dus wel dat-ie was weggelopen en niet meer terugkwam!’
Waarom denk je dat maar weinig mensen dierenwelzijn belangrijk vinden?
‘Ik denk niet dat dat zo is. Ik denk dat we veel manieren hebben waarop we ons afsluiten van het leed van dieren en het wegredeneren. Als het leed concreet wordt voelen de meeste mensen daar echt wel wat bij. Ik wil mensen aanmoedigen om die weerstand te onderzoeken en zich af te vragen wat die betekent. Dat is beter voor de dieren en ook voor jezelf.’
Wat is je favoriete dierenfilmpje op internet?
‘Ik zag laatst een filmpje van een paar cavia’s op een rijtje die allemaal een sliert gras eten. Dat filmpje staat op mijn favoriete dieren-insta, Round Boys. De cavia’s leken allemaal heel tevreden.’
Bedankt Erik!
Graag gedaan.
Ik schreef dit voor op de site van de DierenwelzijnsCheck, zie hier.