In de vorige week verschenen documentaire van Willem Baptist zit een bijzonder fragment uit The Long Walk uit 1970, een korte film over het bedrijf Polaroid, waarin polaroid-uitvinder Edwin Land laat zien dat hij over een grote visie beschikte. Dr. Land wandelt mijmerend door een Amerikaanse Polaroid-fabriek in aanbouw en praat over de toekomst van fotografie. “Mijn droom is dat mensen een camera uit hun binnenzak halen, er een foto mee maken en dat die dan direct klaar is,” zegt hij, terwijl hij iets uit zijn binnenzak haalt dat verdomd veel op een iPhone 7 lijkt. “De camera wordt iets dat mensen de hele dag gebruiken, zoals een telefoon. De camera wordt onderdeel van de evoluerende mensheid.”
Later in de film horen we een onbekende mannenstem iets relevants beweren over technologische voorspellingen. “Alles wat enigszins aannemelijk is bestaat waarschijnlijk over vijftig jaar, maar de grote ontwikkelingen kunnen we nog niet bevroeden.” Een waarheid in het geval van dr. Land. Hij voorzag een toekomst waarin je smartphone polaroidfotootjes zou kunnen afdrukken waar je met je vrienden en kennissen na een minuutje gespannen wapperen om kon ginnegappen. Digitale fotografie voorzag hij echter niet, net als het internet, een combinatie waardoor je tegenwoordig de hele dag naar elkaars instagrams kunt koekeloeren zonder echt bij elkaar te zijn, samen te lachen en contact te maken.
Instant Dreams gaat over dat verlies aan sociaal contact. Al in de openingsscène spreekt een vrouwenstem over de Digitale Middeleeuwen waarin we nu leven, een tijd waarin de polaroidcamera nog slechts het domein is van kleine sjacheraars in café-restaurants en ironische jongelingen die op feestjes de blits willen maken. In beide gevallen werkt de magie van de directklaarfotografie nog steeds heel goed: poseren, schieten, wachten, kijken, lachen. Net als veel mensen heb ook ik een paar memorabele polaroidmomenten in mijn huiskamer hangen, terwijl zo’n tien gig aan digitale foto’s op mijn harde schijf vergeefs staan te wachten om ooit in een album te veranderen.
Instant Dreams volgt vier personages tegen de achtergrond van Polaroids aankondiging in 2008 te zullen stoppen met de productie van de directklaarfilms. (Inmiddels kun je overigens weer gewoon polaroids kopen.) We volgen een wetenschapper die probeert de mysterieuze chemische code van dr. Land te kraken, een journalist die een boek heeft geschreven over polaroid en ook graag foto’s maakt, een roodharige kunstenares die in de woestijn in badjas mooie vrouwen fotografeert, en – het minst interessante personage – een meisje in Tokio dat van haar iPhone-foto’s polaroidfoto’s afdrukt, die aan de muur spijkert en daar weer met haar iPhone foto’s van neemt om op sociale media te zetten – het toppunt van ironisch-nostalgisch metamodernisme.
Veel meer dan een documentaire is Instant Dreams een experimenteel visueel essay. Er worden ook archiefbeelden en pratende hoofden gebruikt, maar de film bestaat vooral uit spectaculaire beelden en geluiden, zoals van dichtbij gefilmde gekleurde vloeistoffen, en eindeloze tunnels van fractals. Je krijgt het idee dat je vastzit in een polaroidcamera waar allerlei magische chemische processen plaatsvinden. De formule van dr. Land was dan ook geheimzinnig en mysterieus. Ook krijg je door die hallucinante beelden het gevoel dat je te veel 2C-B hebt geslikt. Maar bovenal zijn de beelden in Instant Dreams gewoon erg mooi, en daarmee is de film niet alleen een geslaagde ode aan polaroids maar ook een ode aan fotografie in het algemeen.
Dit schreef ik voor Creators van VICE, zie hier.