Doorgaans is het voorbehouden aan schoolkampen en humanitaire rampen: met een groep mensen overnachten in een publieke ruimte. Ik deed het afgelopen weekend op het Oorzaken Festival in de Brakke Grond in Amsterdam, tijdens de Slaap Zacht Nacht met Kaitlin Prest. Een logeerpartij voor volwassenen zou het zijn, een “nacht vol verhalen”, met live illustraties en dromerige muziek en waar ik in slaap kon vallen “bij audioverhalen over geheimen waar we enkel over mogen fluisteren.” Ik hou van verhalen en ben benieuwd naar geheimen, dus ik deed mijn dekbed in zo’n blauwe IKEA-tas en ging vrijdagavond naar de Brakke Grond.
Een paar dagen eerder sprak ik al even met Kaitlin Prest, de geluidskunstenares. Ze heeft krulhaar en een mooie stem, en maakt The Heart, een Amerikaanse podcast over liefde en seks. Daar wordt op de radio al veel over gepraat, vindt ze, maar niemand brengt de ervaring ervan echt tot leven. Dat is wat ze wil doen met geluid, op een open en positieve manier. Haar Slaap Zacht Nacht wordt een pyjamafeest voor volwassenen, maar wel zonder seks. “Ik zou dat wel tot stand kunnen brengen, maar zoiets wordt het niet,” zei ze. “Het gaat erom dat we samen in slaap vallen. Dat heeft iets kwetsbaars en brengt mensen dichter bij elkaar.”
23:10 uur
We mogen naar binnen. Iedereen krijgt een flesje water en een etui, “voor een comfortabele nacht.” In het etui zitten een slaapmasker, twee gifgroene oordoppen en twee chocolaatjes. Op het masker staat “OREN VERSTERKER” geschreven, een grollige vondst.
De vloer van de zaal ligt vol matrassen en kussens. Aan de rand staan stapelbedden. Vooraan staat een houten bed, als een altaar, ik denk voor Kaitlin. Naast het bed staat een schemerlamp. Ik kies een matras vooraan in het midden, maak mijn bed op en trek mijn pyjama aan: een grijze joggingbroek en een donkerrood shirt. Ik ga liggen.
Mijn rechterbuurvrouw heet Maartje. Ze is een van de bedenkers van het festival. Ze heeft vandaag maar een kwartier rust gehad, zegt ze, maar ze kan goed wakker blijven, want ze staat “stijf van de adrenaline.” Bovendien heeft ze gisteren goed geslapen: “Ik had een slaappil genomen, van mijn moeder.” Tien jaar geleden ging Maartje als journaliste al eens naar een festival voor audiokunst. Ze werd zo gegrepen door de kunstvorm dat ze zelf radio ging maken. Iets wat ze nog steeds doet. Ze houdt ook van de mensen die audiokunst maken. “Radiomakers zijn bescheidener,” zegt ze.
Mijn andere buurvrouw heet Laura en is Amerikaanse. Ze woont in Parijs. Het is een internationaal gezelschap, stel ik vast.
23:45 uur
Kaitlin komt binnen in een lichtroze negligé. “Dit is een slaappaleis,” zegt ze, “maar ook een delicaat theater. Mochten we fucked-up worden, dan moeten we zorgen dat we niets slopen.”
Het eerste verhaal begint. Het gaat over een lampje op het nachtkastje van een meisjeskamer. Het lampje hoort alles: gesnurk, scheetjes, masturbatie. Er blijven jongens en meisjes op de kamer slapen. We horen daar fragmenten van die de verbeelding versterken. Het lampje naast het bed van Kaitlin gaat aan en uit, het lijkt een eigen leven te leiden. Laura moet lachen.
Het is heet in de zaal en mijn joggingbroek is eigenlijk te dik. Ik wil hem uitdoen maar ik voel me niet genoeg op mijn gemak om mijn herenslip van de Zeeman te ontbloten.
Kaitlin praat over lepeltje lepeltje, wat ze een vorm van seks noemt. “Seks is meer dan een orgasme,” zei ze eerder deze week al. Ze zit aan de zijkant van de zaal achter een bureau met haar laptop en apparatuur erop. Er is iets magisch aan het in slaap vallen met andere mensen, zegt ze. Ze ligt graag lepeltje lepeltje. Ik zou nu niet zo willen liggen, veel te warm. Bovendien kan ik dan niet in slaap vallen.
De meeste mensen luisteren liggend, sommigen hebben een een glas wijn op hun buik staan. Niemand ligt lepeltje lepeltje.
0:00 uur
Ik doe toch mijn broek uit. Ik bedek mijn slip met mijn dekbed, maar ook daar is het te warm voor, dus die sla ik van me af. Ik denk aan wat Kaitlin eerder tegen me zei: “Het is mooi als mensen zich kwetsbaar opstellen.”
Het verhaal met de lamp is klaar. “Nu is het bedtijd,” zegt Kaitlin. “We gaan je instoppen.” Ze stopt een paar mensen in, maar de meeste niet. Het licht dimt. Ik ga onder de deken liggen, voor het idee. “Sweet dreams,” zeg ik tegen Laura. Op dat moment klinkt er een schreeuw door de zaal: het is de microfoon van Kaitlin, die feedback geeft. Ik schrijf het op. “Hij schrijft het op,” zegt Maartje.
Er loopt een jongen in een strak blauw hardlooptenue door de zaal, zo’n aërodynamisch stretchpak. Eronder draagt hij leren schoenen en om zijn pols hangt een elegant horloge. Het is een vervreemdend beeld. Zou hij thuis ook zo slapen?
Kaitlin gaat in bed liggen. Er ligt een meisje bij haar. “Ik slaap graag naast iemand,” zegt ze, “maar mijn vriendje is er niet.” Ze tekent een snor op het gezicht van het meisje. Als het meisje iets voorleest, rinkelt er een telefoon in een van de stapelbedden.
Het meisje met de snor stelt voor dat Kaitlin en zij elkaar proberen te ontmoeten in hun droom, op de maan. Daar gaat het volgende verhaaltje over. Ik ben best wel moe, de geluiden klinken aangenaam in mijn oren. Als ik nu mijn ogen sluit ben ik weg. Maar ik ben hier niet om te slapen, ik ben hier om audiokunst te ervaren.
0:20 uur
“Dat was het,” zegt Kaitlin. “Als je wil slapen kan dat. Als je in je onderbroek wil slapen mag dat ook.” Ik voel me meer op mijn gemak nu ze dit heeft gezegd. Een discobal slingert paarse-oranje stippen om zich heen. “Maartje,” vraag ik. “Slaap je al?” Ze is wakker. “Ik heb even geslapen,” zegt ze, “maar nu gebeurt er weer iets, lijkt het. Ik ben moe maar wil niks missen, dat is een dilemma.”
00:30 uur
Een man met blonde haren en een baard maakt illustraties, die op een doek worden geprojecteerd. In zijn linkeroor zit een oorbel, zijn werklampje werpt een groene gloed over zijn gezicht. Hij werkt met potloden, stiften en verschillende inktsoorten. De tekening begint met stipjes en lijntjes, dan komt er een soort figuur in. Ik denk aan zelfgebakken brood.
Naast Laura ligt een Amerikaanse jongen die op een Poolse uitvoering van Tony Soprano lijkt, maar dan kleiner. Hij heeft een dikke snor. “Het is niet figuratief,” zegt hij tegen Laura, “het lijkt een waterlandschap.” Laura kijkt naar de tekening en laat haar longen leeglopen als ze het woord “Yeah” zegt.
00:45 uur
Er klinkt kabbelende muziek uit de luidsprekers, die een sfeer van slaap en dromen oproept. De tonen vermengen zich met de ademhaling van de slapenden. “Ik ben nu veel wakkerder dan net,” zegt Laura tegen de besnorde jongen. “Ik wil dingen doen, ik ben klaar voor een nieuw verhaal.” Ik ben ook klaar voor een verhaal, maar dat komt niet. Het is klaar met de verhalen.
De tekening van het brood krijgt meer vorm. Er verschijnen handen en gezichten in de broodhomp. Laura vindt het mooi. Bij elk nieuw gezicht reageert ze overdreven enthousiast, op zo’n vervelende Amerikaanse manier. De tekening is inderdaad mooi. Het lijkt op een knuffelende kluwen mensen.
1:00 uur
Veel mensen slapen nu. Anderen fluisteren. Het is een beetje saai, als een logeerpartij voor mensen met een burn-out. Maar goed, het is ook de Slaap Zacht Nacht. Toch had Kaitlin wel meer kunnen doen om een wij-gevoel te creëren. Ze had ons kunnen vragen om onze buren diep in de ogen te kijken en een goede nacht te wensen. We hadden ook een leuk spel kunnen doen voor het groepsgevoel. Iets als Weerwolven.
“Je mist alle tekeningen,” waarschuwt Laura me als ik op mijn buik lig. Ach, zeg ik. Zij vindt ze heel mooi. Daarna stoot ze haar vriend aan en zegt ze “Slumberparty!”. Volgens mij betekent dat ‘slaapfeestje’ en waren we dat al aan het doen, maar zij doelt op drie mensen die verderop in kleermakershouding zitten te praten. Laura en haar vriend gaan erbij zitten.
1:15 uur
Inne Eysermans, die de sferische klanken verzorgt, kijkt de zaal in en gooit het geluid van een huilende baby in de mix. Maartje schrikt wakker, trekt haar masker af en hoest. Dan slaapt ze verder.
Wat zijn we hier aan het doen? We liggen met vijftig volwassenen in een theaterzaal op matrasjes. Er zijn twee korte verhalen verteld, sindsdien zijn er illustraties te zien. Behalve het fluistergroepje ligt iedereen te slapen. Geen kussengevecht, geen drankgelag, geen geseks. De zaal wordt niet gesloopt. Het is braaf, totaal niet fucked-up. Waar is Kaitlin eigenlijk? Slaapt ze? Of zit ze in het café bier te drinken? Ik ga haar zoeken.
Op de gangen is het stil. Ik hoor wat medewerkers, verder niemand. Even denk ik Kaitlin in het café te zien zitten. Ik kijk door de ruit naar binnen en zie mezelf in de weerspiegeling: mijn rode t-shirt, mijn joggingbroek, twee blote voeten. Het is een absurd beeld, een slaapwandelaar in de grote stad. Ik zwalk naar de plee. Met blote voeten sta ik op de plakkerige vloer.
1:30 uur
Ik kan niet slapen. Het masker zit strak en het is warm. Tussen wat voor mensen lig ik hier? Jonge, blanke, Westerse mensen. Meerdere nationaliteiten zijn vertegenwoordigd. Zijn het goede mensen? Ik ken ze niet. Het zijn kunstliefhebbers, maar wat zegt dat? Is mijn iPhone veilig als ik lig te slapen? Ik denk het.
6:45 uur
Wakker, als eerste. De airco zoomt, mijn neus is schraal. Niemand snurkt, wat me verbaast. Mensen ademen vredig. Ik lig vrij dicht bij Laura, of zij bij mij, maar dat komt omdat zij met drie mensen op twee matrassen ligt. De voet van de man aan mijn hoofdeinde toucheert mijn kussen. Heeft hij ook met blote voeten aan het urinoir gestaan? Ik probeer weer in te slapen, want de beste dromen heb je ’s ochtends.
7:00 uur
Ik droom dat ik in mijn bureaula naar post-its aan het zoeken ben, de saaiste droom ooit. Daarna droom ik dat er een journalist in de zaal is, een serieuze veertiger van Trouw. Hij draagt een zwart montuur, zijn Dell-laptop beschijnt zijn gezicht.
8:10 uur
Het licht gaat aan, er klinkt een geluid alsof iemand de ramen zeemt. Dan kraait er een haan. “There’s coffee,” klinkt Kaitlins stem. “It’s outside. Take all your stuff with you if you leave.”
Was dat het? Geen audiokunstwerk om de dag mee te beginnen? Ik loop naar Kaitlin. Ze zit in de hoek bij haar laptop. Ik vertel haar mijn droom, zij mij de hare. Ze was in een gebouw met drie verdiepingen. De middelste was lelijk, de rest mooi. Zij was op de middelste. Ze had buikpijn want ze was ongesteld. Ze wilde weg van het monster dat haar uterus is.
8:30 uur
Ontbijt in de hal, koffie met croissants. Een medewerker vertelt me dat er gisteren mensen teleurgesteld waren dat het uitverkocht was. Ze hadden gerekend op een goedkope overnachting met ontbijt, nu moesten ze op zoek naar een hotel.
De man wiens voet bij mijn hoofd lag wil graag iedereens dromen horen. Ik vertel hem mijn saaie droom. Een andere man vergelijkt de nacht met een busreis, waarbij je slapend cd’s luistert met een discman. “Sommige albums zijn ook een reis,” vindt hij.
Het einde
Ik had er meer van verwacht. Als je een nacht lang vijftig luisteraars tot je beschikking hebt, waarom vertel je dan maar twee verhaaltjes? Natuurlijk, slapen stond op het programma, en er waren illustraties en klanken, maar het zou “een nacht vol verhalen” zijn, en dat was het niet.
Als je snel in slaap valt dan kon je hier inderdaad in slaap vallen bij audioverhalen, maar ik heb geen geheimen gehoord waarover je alleen mag fluisteren. Oké, de twee verhalen gingen over liefde en seks, en ze werden goed verteld. Geluid werd ingezet om de verhalen te verbeelden, maar het was toch wat braaf, zeker voor onze begrippen.
Het samen slapen in een theaterzaal was wel bijzonder, en dat was ook een deel van het kunstwerk. Er heerste een sfeer van veiligheid en vertrouwen en het was fijn slapen bij de dromerige muziek van Inne Eysermans. Maar het heeft me niet geraakt, daarvoor was er te weinig te horen. Verder heb ik vooral kort geslapen. Ik hou van audioverhalen, maar ik luister ze toch liever in de auto, of tijdens de afwas.
Geschreven voor The Creators Project van VICE, zie hier.