De welvaart is in deze wereld ongelijk verdeeld. Sommige mensen worden rijk geboren en anderen arm, en dat is een kwestie van geluk of pech hebben. Niemand kiest zijn eigen ouders uit. Je hoort vaak dat je met hard werken een succesvol en rijk mens kunt worden, een mythe die onlosmakelijk met Amerika en het kapitalisme is verbonden. De keerzijde daarvan is het wijdverbreide idee dat armoede ook je eigen schuld is. Had je maar beter je best moeten doen.
Stel je voor: je wordt geboren, je ouders zijn arm en staan elkaar naar het leven. Je komt op je tweede onder toezicht van jeugdzorg, vanaf je dertiende word je uit huis geplaatst en een paar jaar later kom je een tijdje in jeugddetentie terecht. Op je achttiende ga je werken, maar je betaalt geen premies aan de zorgverzekering, omdat niemand je ooit heeft uitgelegd hoe dat werkt. Je komt in de schulden, hebt geen geld, geen vast adres, geen contact met je ouders, en staat er grotendeels alleen voor, met een forse achterstand op je leeftijdgenoten.
Dit overkwam Michael van Halderen (23). Hij is de hoofdpersoon van de documentaire Bars van René van Zundert. In die film gaat het vooral over Michaels liefde voor de sport calisthenics – een soort straatgymnastiek waar je beresterk voor moet zijn – maar het gaat ook over Michaels penibele thuis- en financiële situatie. Ik belde hem op om het er met hem over te hebben.
Hoi Michael. Ben je nog steeds zo veel aan het sporten?
Ja, wel een stuk minder, omdat ik fulltime werk en daarnaast een opleiding doe. Maar als ik vrije tijd heb dan ben ik wel aan het trainen.
Doe je nog mee aan wedstrijden?
Nee, dat niet meer, daar heb ik nu geen tijd voor.
Werk je nog steeds in de haven?
Zeker, al werk ik nu op een andere locatie, meer met containers.
Wat voor opleiding doe je?
Beveiliger. Elke maandagavond heb ik les en over drie maanden moet dat ook mijn werk worden, mijn tweede baan.
Bovenop je fulltime baan?
Ja. Ik heb wat foute keuzes gemaakt vroeger en dat wil ik zo snel mogelijk rechtzetten.
Wat voor keuzes?
Het niet betalen van de ziektekostenverzekering, ongeveer een jaar lang. Ik wist eigenlijk wel dat ik moest betalen, maar niet dat er consequenties aan zaten als ik dat niet deed.
Hoe oud was je toen?
Vanaf mijn achttiende tot halverwege de negentien.
Heb je alleen die premies niet betaalt of ook andere rekeningen?
Nee, dat was echt alleen het ziekenfonds. Maar toen ik bijna uit de schulden was, werd ik onterecht ontslagen bij mijn toenmalige werk. Toen wilde ik een uitkering ingaan en het daarmee afbetalen, maar dat werd allemaal niet goedgekeurd. Een heel drama.
Om wat voor bedrag ging het, die schuld?
Nu zit ik op vijfduizend. Daarvoor was het hoger, maar ik heb nu overal regelingen mee.
Wat is dat, iets hoger?
Ongeveer twaalfduizend.
Hou je nu nog wat over van je salaris, aan het eind van de maand?
Ik zou wel iets over kunnen houden, maar ik doe dat totaal niet, want ik wil gewoon van mijn schulden af.
In de film woon je bij je moeder, maar heb je eigenlijk geen contact met haar. Woon je daar nu nog?
Ik zit nu bij iemand anders in huis, maar de situatie is nog hetzelfde. Ik heb geen eigen adres. Ik kijk nu wel naar begeleid wonen, maar zodra ik extra kosten krijg kan ik mijn schulden natuurlijk ook minder snel afbetalen. Dus dat doen we nu eerst.
Je hebt het niet getroffen met je ouders, vertel je in de film. Je vader heeft je moeder twee keer proberen te vermoorden. Kun je daar iets meer over vertellen?
Toen ik klein was zijn we eerst met het hele gezin gevlucht, naar Hilversum. Daarna zijn weer teruggekomen naar Rotterdam, en toen mocht mijn vader niet meer bij ons in de buurt komen. Ik heb vanaf mijn tweede jeugdzorg gekregen. Heel mijn leven is dat op en neer gegaan, soms meer soms minder, en op mijn dertiende ben ik uit huis geplaatst.
Waar ging je toen heen?
Eerst naar Cadier en Keer, dat is bij Maastricht helemaal. Daarna kwam ik vast te zitten, door een stomme fout.
Wat voor fout?
Een buurvrouw begon mijn moeder uit te schelden, ik stond erbij als dom jochie en dacht: dat los ik wel op. Dat liep net wat verder uit de hand dan eigenlijk de bedoeling zou zijn.
Hoe lang zat je vast?
Drie-en-halve maand. Daarna moest ik naar gesloten afdelingen, maar toen heeft de rechter gezegd dat ze me maar gewoon in een kliniek moesten zetten. Toen heb ik een jaar lang dagbehandeling gevolgd en daarna ben ik, hoe moet je dat noemen, ‘normaal’ verklaard.
Hoe is nu je band met je moeder?
Je kan beter vragen welke band.
Die is er niet?
Nee.
Je traint veel voor calisthenics en komt erg gedisciplineerd over. Hoe is dat zo gekomen?
Ik vond sporten altijd al leuk, maar op het moment dat ik daar echt serieus mee bezig ging begon ik echt veranderingen te zien. Het heeft met prioriteiten te maken. Vroeger maakte ik altijd dezelfde keuzes en kwam ik altijd op hetzelfde pad terecht. Daar irriteerde ik me kapot aan. Nu ging ik iets anders doen, wat positief was, en ik kreeg ik heel andere dingen op mijn weg. Ik ging naar evenementen, leerde leuke mensen kennen, niemand streste meer. Je hoefde geen geld uit te geven, helemaal niks. Dat was voor mij ideaal toen, en nu nog steeds.
Hoe heeft dat je veranderd?
Compleet. Ik ben zeshonderd keer rustiger geworden. Vroeger was ik altijd het aandachtstrekkertje in de buurt, nu wil ik vaak niet eens gezien worden.
Hoe is dat van invloed op je verdere leven?
Bij mijn schulden natuurlijk, in voeding, en met de discipline om gewoon naar werk te gaan.
Ben je weleens boos?
Heel vaak.
Op wie dan?
Gewoon, op mezelf. Omdat ik zelf de verkeerde keuzes heb gemaakt.
Dus je rekent het jezelf wel aan.
Ja. Maar ja, dat is het mooie eraan: die gedachte over jezelf kun je ook weer goed maken, naarmate je dingen heel lang goed doet. Daar ben ik echt naartoe aan het werken.
Ben je weleens boos op je ouders?
Nee. Natuurlijk, je sluit weleens mensen af, maar ik reageer niet meer zo veel op anderen af. Als ik boos word loop ik gewoon even weg, ga ik even trainen, m’n eigen ding doen.
Dat je niet wist wat de consequenties waren voor het niet betalen van zorgpremies, reken je dat iemand aan, bijvoorbeeld de overheid?
Nou, ik heb een tijdje mijn moeder de schuld gegeven, maar dat heeft geen zin. Je kan wel alles de schuld gaan geven, maar het is toch je eigen naam en je eigen rekening. Andere achttienjarigen kunnen het nu ook, dus ik had het toen ook gewoon moeten doen.
Zijn er dingen die je graag wil doen, maar niet kan, door je schulden?
Ja, heel veel. Het belangrijkste is mijn gebit. Ik wil een aanvulling op mijn zorgverzekering, maar dat kan niet als je in de schulden zit. Ik ben nu bezig via een andere verzekering en via een straattandarts.
Hoe zie je je leven voor je als je uit de schulden bent?
Dat is een mooie vraag, maar ik heb eerlijk gezegd nog totaal geen idee. Ik heb wel gewoon mijn doelen: schuldvrij, huisje-boompje-beestje. Maar verder… Ik zie wel wat er op mijn pad komt.
Als ik die film zie dan denk ik: als jij kunt sporten en geen schulden meer hebt, dan ben je al aardig tevreden.
Ja, dan kom ik aardig ver ja.
Of wil je graag in rijkdom leven?
Nee, dat hoef ik absoluut niet. Ik heb liever gewoon een zuinig autootje dan een duur autootje.
Heb je veel reacties gekregen op de film?
Ja, best wel. Dat was leuk. Er kwamen jongens naar het park die zeiden: hé, jij bent die jongen van die film. Dat was grappig.
Heeft het je geholpen om je situatie te verbeteren?
Niet echt mijn situatie, maar wel mijn eigen mindset. Het is iets om op terug te vallen. Je hebt toch weer iets gedaan.
Denk je dat je een voorbeeld bent voor jongeren in een soortgelijke situatie?
Ik hoop het. Dat is wel mijn bedoeling. Ik heb ook lesgegeven op een school, naar aanleiding van de film. Een klas met twaalf leerlingen die allemaal hadden vastgezeten, allemaal een slechte periode achter de rug hadden. We spraken met z’n allen en hadden best veel gemeen.
Wat voor dingen?
Schulden, thuissituatie, geen adres hebben, geen woonplek.
Wat voor adviezen geef je aan zo’n groep?
Zit niet stil. Doe iets. Ook al heb je de slechtste baan ooit. Je moet iets hebben om aan vast te houden, anders raak je alles kwijt. En als je uit wil gaan of je wil gaan kloten, dat mag allemaal wel, maar dan moet je wel gewoon werk hebben.
Als je leeftijdgenoten ziet die veel meer geld hebben dan jij, voel je je daar dan rot over?
Ja, dat heb je altijd als iemand iets heeft wat je niet hebt. Maar het is niet zo dat ik wakker lig daarvan. Uiteindelijk heb ik ook weer iets wat zij niet hebben. Iedereen is uniek. En met trainen merk ik dat mensen die meer geld hebben ook meer aan het kloten zijn. Mensen die minder hebben, werken net iets harder voor wat ze willen. Dat is niet altijd zo, maar je merkt het wel.
Dit interview deed ik voor VICE, zie hier.